Het nieuwe jaar is al een paar maanden aan de gang. De kans is groot dat bij velen van jullie de prijzen van meerjarige contracten afgelopen januari opwaarts zijn aangepast op basis van de overeenkomen jaarlijkse indexering.
Maar wat is het doel van indexeren?
Indexeren is primair bedoeld om ervoor te zorgen dat de leverancier gecompenseerd wordt voor kostenstijgingen. Hiervoor worden dan, afhankelijk van de sector waarin dit zich afspeelt, bepaalde indices gebruikt, zoals het CBS loonindex cijfer.
Hier kunnen twee gedachten achter zitten.
Enerzijds kan het afspreken van een indexering de klant een vals gevoel van zekerheid geven dat prijzen niet méér kunnen stijgen dan het overeenkomen percentage. En dat de leverancier niet zomaar wat kan verzinnen want de indices zijn openbaar.
Anderzijds kan het de oprechte intentie zijn om zeker te stellen dat de leverancier daadwerkelijk een bepaalde marge maakt en blijft maken.
De vraag is dan echter: hoe groot is de kans dat het afgesproken percentage precies goed is? En dat die kostenstijging ook precies op 1 januari plaats vindt?.
Nihil. Het is of te veel, of te weinig. Te laat of te vroeg.
Bij te veel of te vroeg ben je als klant niet blij (voor zover je het überhaupt weet). Bij te weinig of te laat zijn de leveranciers niet blij, maar wordt je dat vanzelf als klant ook niet. De kans dat leveranciers blijven doen wat ze moeten doen als ze niet meer genoeg verdienen is niet zo groot.
Kortom, voor strategische leveranciers, oftewel leveranciers wiens prestaties direct impact hebben op jouw klanten of bestaansrecht, is indexeren niet handig.
Je kunt met deze strategische leveranciers die extra kosten moeten maken veel beter afspreken dat zij daar direct met jou over in overleg gaan. En dan niet de kosten van de algemene markt, maar de kostenstijgingen die specifiek bij hen leiden tot echte toename van uitgaven.
Dus niet wachten tot het jaarlijkse indexeringsrondje. Want dat is toch vooral heel lui inkopen.